‘Verhalen halen’ en de filmavond was op zondag, de derde en de laatste dag van het Lief Langedijk Festival. Tijdens deze middag luisterden we naar Langedijkse schrijvers.
Er was nogal wat spanning in de ochtend, de grote gast van de dag -Annejet van der Zijl- had zich afgemeld. Door persoonlijke omstandigheden kon zij niet aanwezig zijn. Gelukkig had de organisatie een oplossing gevonden, om de middag te vullen. In plaats van de schrijfster van Sonny Boy en De Amerikaanse prinses werden de Langedijker schrijvers geïnterviewd.
Voor het interview lazen de schrijvers een paar zelfgeschreven verhalen voor, het onderwerp was binding. Tussen de verhalen door speelde de band het literaire trio – een tijdelijk naam voor de middag- liedjes. De muzikanten zijn enorm creatief , want het trio had voor de voorstelling snel een zelfbedacht, ijzersterk liedje in elkaar geflanst ter ere van het Lief Langedijk Festival.
Verscheidenheid aan talent
De middag van de schrijvers, de derde editie van Verhalen Halen, begon met een verhaal van Leo Zonneveld. Zijn verhaal ging over een rouwende moeder die haar kind had verloren bij een bomaanslag. Het verhaal was actueel en daarmee zeer aangrijpend. Zonneveld gaf met het stuk de angst waar velen mee leven in deze tijd weer. Tijdens dit zware verhaal kon je een speld horen vallen. De zaal luisterde ademloos.
Lousette Blekendaal vertelde een verhaal over een jonge bmx-rijder die koste wat het kost voor de hoofdprijs ging. Haar verhaal deed het zwaarmoedige sfeer verdwijnen en het verhaal nam een verassende wending toen er ineens een echte bmx-fietster ten tonele kwam. Een leuke gimmick voor een leuk verhaal. Gelukkig wint de bmx-rijder zijn gewenste prijs, maar moet wel een prijs betalen: een gebroken pink.
Het waren niet alleen korte verhalen die de middag vulden, dichter Ben Wansink liet verschillende gedichten horen. De Langedijkse dichter schrijft serieuze poëzie over actuele zaken. Door de dia’s op de achtergrond kwamen de rijmen harder binnen. Niet voor niets zegt men: ‘’Een beeld zegt meer dan duizend woorden’’. Zijn gedicht Enkeltje Middellandse Zee ging hem aan het hart, zoals de titel doet vermoeden geeft het gedicht het lijden van boot-vluchtelingen weer. De foto van een triest bootje met daarop een hele hoop bange mensen doet mij beseffen hoe dankbaar ik mag zijn. De woorden van de dichter evenals het sombere plaatje hadden een sterke boodschap. De dichter kaart zware onderwerpen aan, zonder romantische woorden. Dat maakte zijn gedichten niet minder mooi, maar juist begrijpelijk en kordaat.
Veteraan-schrijfster Afra Beemsterboer had een hele andere insteek. Eigenlijk had ze ook de zaterdagavond op de planken kunnen staan, want zij maakte er een sketch. De sketch vertelde via een eenzijdig telefoongesprek het verhaal van een uitgever en diens goede vriendin. De uitgever spoort de vriendin aan om haar frustraties over een relatie op te schrijven. De vriendin volgt het advies op en blijkt een talentvolle schrijfster te zijn. De uitgever wil het verhaal uitgeven, maar de hoofdpersoon van het verhaal van de vriendin –de minnaar- ziet dat absoluut niet zitten. Helaas eindigt het verhaal met een breuk van de vriendschap. Ook hiermee duidde de sketch het onderwerp van de middag aan: binding. Al werd deze wel verbroken, met het ophangen van de telefoon zowel letterlijk als figuurlijk.
Ook onze eigen West-Friese taal kwam aan bod, met schrijver Aris Bouwens. Voor de jongere generatie –ik- was het heel fijn dat de schrijver aan een paar woorden toelichting gaf. Het is jammer dat sommige woorden voor mij wereldvreemd waren –snaartje is dus blijkbaar schoonzus- en gelukkig houden schrijver zoals Bouwens ons dialect in stand. Meneer Bouwens beschreef een herinnering uit zijn jeugd, toen hij als kind een beroep als clown begeerde. Gelukkig voor ons en de West-Friese taal is daar uiteindelijk niets van terecht gekomen, met uitzondering van een éénmalig optreden in Schagen. Die bewuste middag liep volledig in het honderd vanwege de lieve, maar koppige hond van vee-arts Wilmink. De zaal lag in een scheur, terwijl de schrijver anekdotes aanhaalde uit die tijd. Eén belangrijke booschap van Bouwens: als je oefent met een dier, zorg dat je hetzelfde pakje draagt als tijdens het optreden. Dat had de schrijver heel wat zorgen met de hond bespaart.
Daarna kwam Sjef van Esch aan bod, deze schrijver kwam ook met een éénmans toneelstukje. Na een kleine uitleg over de inrichting van het fantasiehuis, begon de man te spelen. De schrijver vertolkte een man die zijn vrouw in toom probeert te houden, zij haalde alles uit de kast om het huis aantrekkelijk te maken voor potentiele kopers van het huis. Een appeltaart en een badkamer die rook als de parfumerie Douglas zorgt voor grote irritatie bij de arme man. Uiteindelijk belde de makelaar af. De bezoekers komen niet, ze hebben al een bod gedaan op een ander huis. Boos en gedemotiveerd begon de man aan de appeltaart –waar hij eerst de nodige kritiek op had- van zijn vrouw. Afra Beemsteboer had een gastenrol, zij speelde de vrouw. En deze haalde zo de –echte- appeltaart onder de neus van Van Esch vandaan. Van Esch rende van hot naar het, tijdens het stuk. De ongeduldigheid en frustratie van zijn rol wist hij zo duidelijk uit te drukken. De cameo van mevrouw Beemsterboer maakte het plaatje helemaal af.
Tot grote verassing kwam de presentator –Ron Wolters- met een gedicht. Een Sinterklaas gedicht wel te verstaan. Speciaal voor zijn ‘schoonmoeder’, schreef de grappenmaker een gedicht over rimpel crème en hoe zij die goed kon gebruiken. De dame kon dat niet waarderen en gaf hem de Sinterklaas daarna een mooi blauw shirt, die zou passen bij zijn nieuwe blauwe oog. De presentator had de lachers op de hand en kondigde de nieuwe Langedijkse auteur aan.
Het was tijd voor de flamboyante Joyce Wouters. Haar verhaal was net zo fantasierijk als haar kleding. De schrijfster had een mooi sterk stuk geschreven over een koppel dat oude romeinse potten vond. In de potten lagen briefjes van de klassieke romeinen verstopt in de net zo klassieke taal, Latijn. Nadat deze vertaald waren door een professor, bleken de briefjes ouder Romeinse recepten te zijn. Manlief zag zijn koren bloeien en begon een kookprogramma: Koken met Romeinen. De vrouw van de nieuwbakken presentator-kok verveelde zich te pletter en wist met een list haar man te overtuigen om een nieuwe hobby te zoeken, zodat zij zijn kookhobby kon overnemen. Jammer genoeg was mevrouw een ramp wat koken betreft en zocht zij naar de gouden tip die de ingrediënten in haar recept met elkaar verbonden. En zo verzint Joyce Wouters een creatieve manier voor het thema binding.
Dan is het tijd voor een ander dichttalent, Wim Meyles. In tegenstelling tot Ben Wansink, richt meneer Meyles zich op grappige teksten. Met zijn woordgrappen en cynisme wint hij het publiek voor zich. Met zijn lang, rijmend verhaal over zijn putters en zoektocht naar een vrouw ligt het publiek plat. Jaloers op zijn verliefde putters – een vogelsoort voor de leken zoals ik- vraagt hij op alfabetische volgorde zijn vrouwelijke koorleden ten huwelijk. Zijn eerste date liep op niets uit. Zijn putters laat hij vrij en hij verzint een nieuwe hobby voor zichzelf: postzegels. Met in het bijzonder putterpostzegels. Tot slot nodigt de hilarische dichter het publiek uit om de postzegels te bekijken en in het bijzonder de vrouwen, want misschien gaat één van hun op zijn aanzoek in.
Open boeken
Daarna was het tijd voor een pauze. De gastvrouwen en –heren staan weer klaar met bakken vol met lootjes. Het goede doel van de middag was de bibliotheek van Langedijk. Na alles gezien te hebben – twee dagen doorbrengen in de Binding- vielen de mega grote, vrolijke harten op. Deze harten waren gemaakt door Angela Kramer van De Hartjesfabriek. De oprichtster maakt niet alleen versieringen, maar ook sleutelhangers – in de vormen van sterren of hartjes- en kinderkleding. De harten zijn schattig en deden denken aan accessoires voor een kinderkamer. Ze hadden zachte pastel kleuren, maar ook vrolijke felle kleuren zoals groen en turkoois. Na de harten enigszins lang bestudeerd te hebben, begint het tweede deel van de middag.
Omdat Annejet van de Zijl niet kon komen, improviseerde de organisatie een interviewmiddag met onze eigen schrijvers. Karin van Bodegom – presentatrice van het radioprogramma Kunst compleet- nam de rol van interviewster op zich. De auteurs deden een boekje open over hunzelf. Zo vindt Aris Bouwens het heel jammer dat er zo weinig aandacht geschonken word aan het West-Friese dialect en is de grootste inspiratie van Joyce Wouterse haar dikke kat. Ben Wansink vertelde over zijn nieuwe dichtbundel ’Levensweg’ die met behulp van Marieke Neesen-Barten tot stand is gekomen. De opbrengst van de bundel gaat naar het goede doel Save the childeren. Een mooi gebaar.
Sjef van Esch gaf inzicht over zijn proces als schrijver, hoe het van idee tot boek komt. Karin van Bodegom onderwierp dichter Wim Meyles aan een vragenlijst van James Lipton. Zo bleek zijn favoriete scheldwoord gatsiedarrie te zijn en was hij liever psycholoog dan ambtenaar. Afra Beemsterboer vertelde over haar nieuwe boek, Open Slot. Het duurde anderhalf jaar voordat het boek klaar was. Lousette Blekendaal en Ben Wansink waren oude bekende, ze kenden elkaar van een gedichtenworkshop. De zware verhalen van Leo Zonneveld komen niet uit het niets, de schrijver heeft veel ervaring met leed. Hij werkt als leraar voor vluchtelingen en haalde daar zijn inspiratie uit voor zijn nieuwe boek Anna.
Helaas was er niet voor elke schrijver evenveel tijd, want de schrijvers vertelden enorm enthousiast en die avond was er ook nog een programma. Er was nog wel tijd voor andere verhalen. Elke schrijver las een verhaal voor en daarmee eindigde deze middag van Verhalen Halen.
Iedere bezoeker kon nog na afloop het Verhalen Halen Boekje 2017 gratis meenemen. 14 verhalen geschreven door de Langedijker auteurs rondom het thema ’feest’.
Verslaggeving: Nicky van Buël